La ricerca met een hek afscheiden ha prodotto 2 risultati
Vai a
NL Olandese IT Italiano
met een hek afscheiden (v) [algemeen] recintare (v) [algemeen]
met een hek afscheiden (v) [algemeen] chiudere con un recinto (v) [algemeen]

NL IT Traduzioni permet

met (v n) [to engage in combat] combattere (v n) [to engage in combat]
met (o) [algemeen] per (o) [algemeen]
met (o) [eigenschap] per (o) [eigenschap]
met (o) [in het geval van] per (o) [in het geval van]
met (o) [middel] per (o) [middel]
met (o) [op hetzelfde tempo als] per (o) [op hetzelfde tempo als]
met (o) [positie] per (o) [positie]
met (o) [vermenigvuldiging] per (o) [vermenigvuldiging]
met (particle prep adv) [used after certain adjectives to indicate a relationship] a (particle prep adv) [used after certain adjectives to indicate a relationship]
met (o) [algemeen] di (o) [algemeen]

NL IT Traduzioni pereen

een (v n) [to assign a role in a play or performance] {m} assegnare (v n) [to assign a role in a play or performance]
een (a) [algemeen] {m} qualche (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} qualche (a) [hoofdtelwoord]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} qualche (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (a) [algemeen] {m} un (a) [algemeen]
een (a) [hoofdtelwoord] {m} un (a) [hoofdtelwoord]
een (o) [hoofdtelwoord] {m} un (o) [hoofdtelwoord]
een (conj n prep) [indefinite article] {m} un (conj n prep) [indefinite article]
een (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord] {m} un (a) [onbepaald bijvoeglijk naamwoord]
een (o) [onbepaald lidwoord] {m} un (o) [onbepaald lidwoord]

NL IT Traduzioni perhek

hek (n v) [barrier] {n} recinto (n v) {m} [barrier]
hek (n v) [barrier] {n} barriera (n v) {f} [barrier]
hek (n v) [barrier] {n} riparo (n v) {m} [barrier]
hek (n v) [barrier] {n} palizzata (n v) {f} [barrier]
hek (n) [tuin] {n} cancello (n) {m} [tuin]
hek (n v) [barrier] {n} siepe (n v) {f} [barrier]
hek (n v) [barrier] {n} steccato (n v) {m} [barrier]
hek (n v) [barrier] {n} cinta (n v) [barrier]

NL IT Traduzioni perafscheiden

afscheiden (v) [chemisch] estrarre (v) [chemisch]
afscheiden (v) [biologie] secernere (v) [biologie]
afscheiden (v) [to discharge from the system] espellere (v) [to discharge from the system]
afscheiden (v) [chemie] separare (v) [chemie]
afscheiden (v) [scheiden] separare (v) [scheiden]
afscheiden (n v) [to separate] passare (n v) [to separate]
afscheiden (n v) [to separate] colare (n v) [to separate]
afscheiden (n v) [to separate] scolare (n v) [to separate]
afscheiden (v) [chemie] dissociare (v) [chemie]
afscheiden (v) [scheiden] dissociare (v) [scheiden]